Auguste Affre, bijgenaamd Gustarello, werd geboren in Saint-Chinian in 1850 en groeide uit tot een van de meest krachtige en bewonderde Franse tenoren van zijn tijd. Zijn carrière begon in het laatste kwart van de 19e eeuw, een periode waarin de Franse operahuizen bloeiden en het publiek hunkerde naar heldere stemmen, dramatische vertolkingen en nationale trots op het toneel.
Affre volgde zijn zangopleiding aan het Conservatoire de Paris, waar zijn vocale kracht en bereik al snel opvielen. Hij werd beroemd om zijn heldentenorrollen, met name in het Franse en Italiaanse operarepertoire. Zijn bijnaam "Gustarello" kreeg hij vermoedelijk naar aanleiding van zijn vertolkingen in rollen met een zuiders of flamboyant karakter.
Zijn carrière kende hoogtepunten op grote Parijse podia, waaronder de Opéra de Paris, waar hij triomfen vierde in rollen als Radamès (Aida), Don José (Carmen), en Raoul (Les Huguenots). Zijn stem werd geroemd om haar volume, heldere hoogte en dramatische expressie — eigenschappen die hem geliefd maakten bij het grote publiek.
Naast zijn werk op het podium was Affre ook betrokken bij het onderwijzen van zang en het promoten van operakunst. Hij werd gerespecteerd als een voorbeeld voor jongere zangers en bleef tot op hoge leeftijd actief in de wereld van de muziek.
Auguste Affre overleed in 1931. Zijn graf bevindt zich op het Cimetière du Père-Lachaise in divisie 82, waar ook een monumentale buste van hem staat — een krachtige herinnering aan een man wiens stem en uitstraling het theater vulden en wiens naam nog steeds klinkt onder kenners van de Franse opera.