Geboren: 31 december 1827, Marseille, Frankrijk
Overleden: 10 december 1895, Parijs, Frankrijk
Echte naam: Marie-Caroline Miolan
Artiestennaam: Miolan-Carvalho
Rustplaats: Cimetière du Père-Lachaise, Parijs (divisie 65)
Marie-Caroline Miolan, beter bekend onder haar artiestennaam Miolan-Carvalho, was een van de grootste operazangeressen van het Franse Second Empire. Ze werd niet alleen bewonderd om haar kristalheldere sopraanstem, maar ook om haar uitzonderlijke dramatische intelligentie. Haar naam is voor altijd verbonden met de rol van Marguerite in Gounods Faust – een rol die zij creëerde en waarmee ze triomfen vierde in de Parijse Opéra.
Geboren in een muzikale familie – haar vader was een hoboïst – studeerde zij zang aan het Conservatoire de Paris. Ze viel al snel op en maakte haar debuut in 1849. Ze trouwde met de invloedrijke dirigent en impresario Léon Carvalho, directeur van onder meer het Théâtre Lyrique. Dat huwelijk zou haar carrière een stevige impuls geven, want haar man programmeerde regelmatig producties rondom haar capaciteiten. Toch stond ze ook los van zijn invloed bekend als een uitzonderlijke artieste.
Miolan-Carvalho werkte intensief samen met componist Charles Gounod, die in haar de ideale vertolkster zag van zijn lyrische, religieus getinte opera’s. Hij componeerde de rol van Marguerite (Faust, 1859) op haar lijf, en later ook Mireille (Mireille, 1864). Ze drukte haar stempel op de Franse operastijl van de tijd: een verfijnde, elegante en spirituele zang, met een nadruk op tekstbegrip en een beheerste virtuositeit.
Ze werd geroemd om haar zuivere intonatie, haar controle over messa di voce (geleidelijke opbouw van volume binnen een noot), en haar vermogen om drama in subtiliteit uit te drukken. Ze vertegenwoordigde een school van zangers die artistiek inzicht boven vocale acrobatiek stelden.
Miolan-Carvalho gaf later ook zangonderwijs en werd beschouwd als een autoriteit op het gebied van vocale interpretatie. Verschillende jonge zangeressen, waaronder toekomstige sterren, profiteerden van haar kennis en stijl.
Na haar afscheid van het podium in 1865 trok ze zich meer terug uit het openbare muziekleven, hoewel ze bleef optreden in salons en privéconcerten. Ze overleed in 1895 in Parijs en werd begraven op Père Lachaise, waar haar graf nog altijd herinnert aan een stem die de Franse operageschiedenis mee vormgaf.
Miolan-Carvalho was niet zomaar een virtuoze zangeres. Ze was een stem van haar tijd, een vrouw die haar kunstenaarschap gebruikte om het Franse repertoire van binnenuit te vernieuwen. Ze gaf Marguerite haar tederheid, Mireille haar ziel, en Gounod zijn muze.
Haar graf op Père Lachaise is geen toeristische trekpleister zoals dat van Callas of Piaf, maar voor kenners is het een heilige plek – een plek waar een stem rust die ooit heel Parijs tot tranen bewoog.