Božidar Kantušer (1921–1999) was een Sloveens-Amerikaanse componist, geboren in Pavlovski Vrh, Slovenië. Hij vestigde zich in 1950 in Frankrijk en trouwde met de Amerikaanse schilderes Grace Renzi. Kantušer was een veelzijdig componist die symfonische muziek, kamermuziek, balletten en solo-instrumentale werken schreef. In 1968 werd hij directeur van de Internationale Bibliotheek voor Hedendaagse Muziek (B.I.M.C.) in Parijs, een instelling die hij mede oprichtte en die zich richtte op de verspreiding van eigentijdse muziek.
Grace Renzi (1922–2011) werd geboren in New York en studeerde aan de Cooper Union en Queens College. In 1953 verhuisde ze naar Parijs, waar ze Kantušer ontmoette en met hem trouwde. Renzi was een abstract schilderes en grafisch kunstenaar wiens werk wereldwijd werd tentoongesteld. Ze werkte samen met Kantušer aan verschillende projecten, waaronder het ballet "Épaves" (Wrakken), waarvoor ze de illustraties verzorgde. Het echtpaar Kantušer-Renzi woonde aanvankelijk in Parijs en later in Fontainebleau, waar ze deel uitmaakten van een kunstenaarskolonie in het Istrische Grožnjan. Ze reisden regelmatig naar de Verenigde Staten en Slovenië. Na het plotselinge overlijden van Kantušer in 1999 stopte Renzi met schilderen. Ze bleef echter betrokken bij de kunstwereld en organiseerde in 2000 een tentoonstelling ter nagedachtenis aan haar man in Grožnjan. Beide kunstenaars zijn begraven op de begraafplaats Père-Lachaise in Parijs.